top of page

Van lijden naar leiden


Zonder uitzondering hebben mijn klanten last van een of meerdere situaties op het werk of in hun privésituatie. De werksituatie is rommelig omdat er tijdelijk geen leidinggevende is, er is een organisatorische vernieuwing die je niet ziet zitten, er zijn veel nieuwe collega’s die veel aandacht nodig hebben, er zijn zorgen om partner, kinderen of ouders, er is een vervelende diagnose voor zichzelf of een ander, etc.


Deze situaties zorgen voor energieverlies, vermoeidheid en negatieve gevoelens, zoals irritatie, angst, kwaadheid, spijt, teleurstelling, frustratie, schuldgevoel of jaloezie.


Eén van de belangrijkste inzichten die ik hen kan geven is op zo’n manier om te gaan met deze situaties, dat zij er minder door beïnvloed worden. Hierdoor gaan zij zich al snel veel beter voelen. Er komt ruimte voor positieve gevoelens zoals medemenselijkheid, plezier, tevredenheid en geluk en voor positieve acties, zoals behulpzaam zijn, je wensen uiten, vertrouwen in de ander uitspreken of op een constructieve manier feedback geven.


Omdat negatieve gevoelens je energie kosten en positieve gevoelens je energie geven, is het de moeite waard om dit onder de knie te krijgen, hoe moeilijk het in eerste instantie ook lijkt. In deze blog ga ik je inzichten en tips geven die je helpen zo om te gaan met lastige situaties dat je je goed blijft voelen en niet al je energie verliest en gefrustreerd raakt.


Onderscheid

Het eerste dat belangrijk is, is onderscheid te maken tussen situaties waar je wel en situaties waar je geen invloed op hebt. Immers, als je veel energie kwijt bent met het proberen een situatie te beïnvloeden waar je geen invloed op hebt, bereik je niet wat je wilt, verlies je onnodig veel energie en raak je gefrustreerd.


Wat kun je dan wel doen als je geen invloed hebt op de situatie? Het antwoord is eenvoudig: de situatie accepteren zoals die is. Dit is wat anders dan de situatie leuk vinden of positief beoordelen! Daarna kun je zelf bepalen hoe je je tot die situatie verhoudt en daardoor bepaal je ook hoe je je erdoor voelt. Je hebt op deze manier voor een groot deel zelf in de hand hoe je je voelt in een bepaalde situatie, hoe vervelend die ook is. Van lijden naar leiden, dus!

Dit lijkt misschien moeilijker dan het is. Lees vooral door als je tips wilt hebben over hoe je dit kunt doen.


Boos op de regen?

Stel je voor dat het regent. Ik denk dat iedereen het ermee eens is dat dit een situatie is waar je op het moment zelf geen invloed op hebt. Mensen kunnen wel verschillende meningen over de regen hebben: als het al lang droog is geweest zal een boer de regen verwelkomen. Iemand die op die dag trouwt en een fotograaf heeft ingehuurd om een fotoreportage te maken in een mooi natuurgebied baalt van de regen. Deze meningen over de regen zullen niets veranderen aan het feit dat het regent. Het is dus zinloos om je boos of verdrietig over regen te maken.


Waar komen je negatieve gevoelens vandaan?

Hoe komen je negatieve gevoelens door een situatie tot stand? Niet door de situatie op zich. Regen zelf maakt niet dat je negatieve gevoelens krijgt. Je krijgt pas negatieve gevoelens als je vindt dat het niet zou mogen regenen, als je het eigenlijk verkeerd vindt dat het regent. Dat het ondanks dat jij het niet wilt, toch regent. Dat maakt je boos of teleurgesteld: je krijgt niet wat jij vindt dat je moet krijgen. Jij hebt een er een oordeel over dat de situatie er is. En in dit geval gaat het om een situatie die zich niets aantrekt van jouw oordeel.


Dit soort gedachtes, vaak meningen, oordelen, aannames of overtuigingen die je hebt over de situatie, geven je een negatief gevoel. Niet de situatie op zich. Met wat oefening kun jij er echter voor zorgen dat je deze gedachtes niet toelaat, waardoor je ervoor kunt zorgen dat je ook geen negatieve gevoelens krijgt. Je wordt dan de regisseur over je gedachtes in plaats van dat je erdoor lijdt: van lijder naar leider dus!


Regisseer je gedachten

Je kunt kritisch naar je eigen gedachten, oordelen, meningen, overtuigingen en aannames kijken en ervoor in de plaats andere gedachten formuleren. Je kan bijvoorbeeld anders over de regen na gaan denken, bijvoorbeeld: “Het regent nu eenmaal, dat accepteer ik als feit waar ik nu niets aan kan doen. Het heeft geen zin om daar boos over te zijn”. In plaats van je te laten leiden door je oordeel over de situatie, die zinloos is, krijg je dan ruimte om te bedenken wat je wel kunt doen, bv in de regen op je huwelijksdag. Bijvoorbeeld dat je in de regen hele mooie en kunstzinnige foto’s kunt laten maken als je maar onder een boom, afdakje of paraplu gaat staan. Of je ziet een leuke binnenruimte waar je de foto’s kunt laten maken.


Door deze positieve gedachtes die je mogelijkheden geven, ga je je veel beter voelen en je gaat deze alternatieve mogelijkheden uitvoeren. Je laat hierdoor negatieve gevoelens niet (langer) toe doordat je ze niet voedt door jouw gedachten, overtuigingen, aannames of oordelen. In plaats daarvan heb je realistische en positieve gedachten en voer je een positieve actie uit, waardoor je je veel beter voelt.


Dus: als je je niet meer richt op wat je toch niet kunt veranderen en op je eigen frustratie krijg je ruimte om creatief te denken en alternatieven te bedenken voor positieve actie.


Heb je invloed op de situatie?

Dit inzicht kun je gebruiken in allerlei situaties. Ik richt me hier eerst op situaties waar je geen invloed op hebt. Hiervoor moet je dus eerst onderscheid kunnen maken tussen situaties waar je wel of geen invloed op hebt. Ook bij situaties waarin mensen iets doen of zeggen kun je je negatieve gevoelens voorkomen door eerst te bepalen of je er wel of geen invloed op hebt. Als je er geen invloed op hebt volg je de redenatie zoals hierboven bij de regen: accepteer de situatie zoals die is en kijk of je nu iets kan doen, hoe klein ook, dat de situatie beter maakt en voer dat uit. Zo voel je je veel beter omdat je geen energie hebt verspild en geen negatieve gevoelens hebt gehad.


Mijn ervaring is dat klanten dit vooral moeilijk vinden als zij worden overvallen door een voor hen lastige situatie. Iemand zegt of doet iets en voor je het weet heb je er al een oordeel over en voel je je boos, gefrustreerd of teleurgesteld. Gelukkig merk ik dat oefening helpt. Daarom geef ik je hieronder een oefening, waarbij je jezelf stap voor stap traint om anders naar situaties te kijken en er vooral ook anders over na te denken. Hoe vaker je dit doet, hoe beter je er in wordt. Na een tijdje merk je dat je beter bestand bent tegen lastige situaties. Dat je jezelf niet meer zo snel boos, gefrustreerd, teleurgesteld of schuldig voelt. Dat je je positiever voelt en dat je je richt op wat je wel kunt doen en niet op wat je niet kunt doen. En als belangrijkste effect: je verliest geen energie meer aan zinloos boos, schuldig, verdrietige gevoelens en je voelt je dus energieker, sterker en minder moe.


Oefening[1]

Begin met een eenvoudige situatie waarin je een negatief gevoel kreeg, zoals bijvoorbeeld schuldig, boos, gefrustreerd of teleurgesteld. Je kunt de antwoorden opschrijven of de oefening in gedachten doen.


1. Beschrijf je negatieve gevoel.


2. Wat gebeurde er waardoor je een negatief gevoel kreeg? Beschrijf de situatie zo feitelijk mogelijk.


3. Wat waren je gedachten over deze situatie? Welke oordelen, overtuigingen, meningen of aannames had je?


4. Wat wilde je eigenlijk? Richt je daarbij niet op de situatie die je boos maakte maar op wat je wilde. Dus in het voorbeeld niet: ‘ik wilde dat de regen stopte’ maar: ‘ik wilde een leuke vrije dag’ of ‘ik wil mooie trouwfoto’s’.


5. Vraag je af: heb je nu invloed op de situatie waardoor je een negatief gevoel kreeg? Welke gedachte(s) kun je bedenken die ingaan tegen je gedachtes, meningen, overtuigingen, aannames, oordelen die je bij nr 2 hebt beschreven?

Vermijd de volgende valkuilen die je bij dit punt kunnen overkomen:

- Het minder erg maken (“het viel eigenlijk wel mee”).

- Het afzwakken (“het was zo erg niet”).

- Denken dat je niets kan doen, mogelijkheden afsluiten (“ik kan niks doen”).


6. Welk gevoel geeft of geven de gedachte(s) die je bij nr 5 hebt beschreven?


7. Wat kun je wel doen om te krijgen wat je eigenlijk wilt (kijk nog even wat je bij 4 hebt beschreven)?



Ik zal hieronder een voorbeeld geven van deze oefening.


1. Ik ben boos, ik baal, ik ben teleurgesteld.


2. Het regent terwijl ik eindelijk een dagje vrij heb.


3. Het is niet eerlijk, heb ik eindelijk eens vrij en dan regent het. Het mag niet regenen op mijn enige vrije dag. Zie je wel, ik heb nooit eens geluk met het weer. Ik wou dat het mooi weer was, ik heb er nou wel eens recht op na zo hard gewerkt te hebben. Enzovoort.


4. Ik wil het fijn hebben op mijn vrije dag.


5. Ik heb geen invloed op de regen, wat ik ook denk of doe. Ik accepteer dat het regent. De regen is er niet om mij te pesten.


6. Rust, kalmte, mijn negatieve gevoel verdwijnt.


7. Ik kan een boek gaan lezen, lekker in bad gaan, een filmpje kijken, een uitgebreide lunch klaarmaken en een vriendin uitnodigen om samen te lunchen of naar de sauna te gaan. Dan heb ik het ook fijn op mijn vrije dag.


Misschien is de oefening de eerste keer best lastig. Geef dan niet op, je zult zien dat het steeds beter gaat. Op het moment dat je dit kunt met relatief eenvoudige situaties waar je een negatief gevoel over kreeg, kun je het ook met moeilijkere situaties. Je zult er steeds beter in worden en je daardoor sterker, minder vermoeid, minder gestrest, kalmer, gelukkiger en energieker voelen. Dan ben je leider in plaats van lijder geworden!

[1] Gebaseerd op “ABCDE oefening” van Meriam van Reijen, lees er verder over in haar boek Stoïcijnse Levenskunst, Evenveel Geluk als Wijsheid (ISVW Uitgevers, Leusden, 2016).

13 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page